Een van zijn vaste klanten komt steevast om een `Italiaanse wijn; een Rubizzo uit Toscane om precies te zijn. Die partij wijn staat onder een grote kaart van Italië, met daarop ingekleurd de verschillende wijngebieden van dat land. Zeker eenmaal in de week staat hij met zijn klant, die dan zijn twee flessen Rubizzo, z’n wekelijkse voorraad, al in z’n handen heeft te filosoferen bij die kaart. De basis van hun weerkerend gesprek is het per camper bereizen van Italië.

Maar zijn klant verkeert momenteel niet in de gelegenheid om lange reizen te maken. ‘Ik wil nog wel, maar mijn vrouw niet meer,’ legt hij uit. ‘Vroeger werden we beperkt door de schooltijden van de kinderen. Maar nu we alle tijd hebben, is ze voor zichzelf begonnen.’ Het klonk als een klacht. ‘Iedereen begint tegenwoordig voor zichzelf,’ mijmerde Winkelman hardop.

Zijn klant keek hem verrast aan. ‘Wat u zegt,’ het lijkt wel een epidemie,’ riep hij uit.’ In ieder geval is ze dus voor zichzelf begonnen en kan nu niet te lang bij die zaak vandaan, vindt ze.’ Hij keek droevig naar de landkaart aan de muur. ‘Toscane is zo mooi.’ Hij streek liefkozend over dat plekje op de kaart. ‘Daar hebben wij wonderschone wijnen gedronken. En gegeten meneer… gegeten als nergens anders. We zaten een keer op een terras, achter ons een met klimop begroeid kasteeltje en voor ons een magnifiek uitzicht over een vallei met cipressen en daarbij een lekkere sappige Rubizzo.’ Weer aaide hij even over zijn geliefde plekje op de kaart.

Hun beider band is nog verstevigd sinds ze ontdekt hebben, dat ze allebei ohh toeval, dezelfde camper bezaten; een klein type Bedford. Beide auto’s zijn inmiddels overleden. ‘Als die eens konden praten,’ verzuchten ze gezamenlijk. En ook omdat dit niet kan, moeten ze het zelf doen. Elke week wordt er een stukje toegevoegd aan hun droomreis door Italië. Hoe guurder het weer, hoe hartstochtelijker hun betoog.

Laat een reactie achter